Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen
Artikel 83d Voorschriften rond voorgenomen boeteoplegging
1
Indien het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen jegens de persoon, bedoeld in artikel 83c, een handeling verricht waaraan deze in redelijkheid de gevolgtrekking kan verbinden dat aan hem een bestuurlijke boete zal worden opgelegd, is die persoon niet langer verplicht in verband hiermee enige verklaring af te leggen. Die persoon wordt hiervan in kennis gesteld alvorens hem mondeling om informatie wordt gevraagd.
2
Indien het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen voornemens is om een boete op grond van artikel 83c op te leggen, wordt hiervan kennis gegeven aan de persoon, bedoeld in dat artikel, onder vermelding van de gronden waarop het voornemen berust.
3
Indien de persoon de kennisgeving wegens zijn gebrekkige kennis van de Nederlandse taal onvoldoende begrijpt, draagt het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen er op verzoek van die persoon zorg voor dat de in de kennisgeving vermelde gronden worden medegedeeld in een voor hem begrijpelijke taal.
4
In afwijking van afdeling 4.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht stelt het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen de persoon in de gelegenheid om naar keuze schriftelijk of mondeling zijn zienswijze naar voren te brengen voordat de boete wordt opgelegd.
5
Indien de persoon zijn zienswijze mondeling naar voren brengt, en hij de Nederlandse taal onvoldoende beheerst, draagt het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen er zorg voor dat een tolk wordt benoemd die de persoon kan bijstaan, tenzij redelijkerwijs mag worden aangenomen dat daaraan geen behoefte bestaat.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.